Terroir

december 2012

Als het woord terroir valt, wordt vaak gedacht aan de bodemsoort waarop de wijnranken staan. Tot mijn verbazing bleek tijdens mijn wijnopleiding in Frankrijk dat terroir iets behelst dat veel breder is dan bodemsoort. Terroir staat eigenlijk voor alles wat van invloed is op de smaak van de uiteindelijke wijn. En dat is nogal wat.

De bodem is inderdaad van invloed. Met name de mate van drainage en de mate waarin warmte wordt opgenomen, vastgehouden en (’s nachts) weer afgegeven, hebben invloed op de groei en bloei van de wijnranken, de rijping van de druiven en de ontwikkeling van aroma’s in de druivenschil.

De ligging van de wijngaard speelt een rol – bevindt de wijngaard zich in een vallei of op een helling? Is dat laatste het geval, hoe is de wijngaard dan gesitueerd ten opzichte van de zon? Wat optimaal is, hangt weer af van de breedtegraad en de hoogte.

Het klimaat is ook van belang. Is er voldoende zon, zodat de druiven mooi rijp worden? Staat er regelmatig wind, die ervoor zorgt dat eventueel vocht snel weer verdwijnt, zodat schimmel geen kans krijgt? Is de wijngaard wellicht beschut door omringende bossen, waardoor er sprake is van een micro-klimaat?

Tot slot zijn er de vele beslissingen die de wijnboer neemt in de wijngaard en in de wijnkelder, te beginnen met het druivenras dat hij of zij wil aanplanten. Het druivenras is het meest smaakbepalende element. Een ander voorbeeld is de beslissing hoeveel trossen een wijnrank zal dragen, wat direct invloed heeft op de kwaliteit van de druiven. Minder trossen leidt tot meer concentratie van smaakstoffen en dus tot een betere kwaliteit. Een wijnboer die bodem en klimaat tot uiting wil laten komen in zijn wijnen, grijpt in de wijnkelder zo min mogelijk in. Op die manier ontstaan wijnen die uniek zijn en een eigen karakter hebben, wijnen met een ware terroir-expressie.

Terug naar wijnweetjes